De woningvoorraad in Delft bestaat uit:
- Huurwoningen (corporatiebezit)
- Huurwoningen (particuliere verhuur)
- Koopwoningen (bewoner-eigenaar)
De kwaliteit van deze woningvoorraad bepaalt mede het energiegebruik voor verwarming in Delft.
De hoeveelheid energie die nodig is voor verwarming van een bepaalde woning, is van grote invloed op de kosten (energierekening) voor de bewoners.
Het energiegebruik voor verwarming wordt bepaald door de gebouwschil (warmteverlies) en de gebruikte installaties (efficiëntie warmteopwekking)
Energielabels
Energielabels geven een indruk van de huidige kwaliteit (energiezuinigheid). Koopwoningen hebben een energielabel als zij na 2015 van eigenaar zijn veranderd. Voor huurwoningen geldt behalve een energielabel de verplichting van het bepalen van een Energie Prestatie Coëfficiënt (EPC) die aan het label wordt toegevoegd. Delft heeft slecht 25% van de woningen een energielabel beter dan B. Een energielabel B wil nog niet zeggen dat een de gebouwschil van een woning voldoende goed is voor energietransitie, d.w.z. het vervangen van de verwarmingsinstallatie (bijvoorbeeld CV-ketel door warmtepomp). Is de gebouwschil voldoende goed, dan noemt men de woning “Transitie-gereed”. Is dat niet het geval, dan zijn aanvullende maatregelen nodig om schillabel B te bereiken.
Via de volgende link vindt u een kaart van de geldige energielabels
Kaart Energielabels voor woningen in Delft
(Als Delft niet voorgeselecteerd is moet u dat opnieuw links invullen)
De kaart maakt duidelijk dat er in sommige buurten en wijken veel dezelfde labels (gelijksoortige woningen) zijn en in andere veel verschillende labels (oudere wijken).
De uitgangssituatie voor delen van de woningvoorraad is heel verschillend. De aanpak voor het transitie-gereed maken is daarom ook afhankelijk van zowel de locatie en de eigendomsituatie. Eigenaar-bewoners kunnen zelf energiebesparingsmaatregelen nemen (eventueel samen in de VvE). Huurders zijn afhankelijk van woningcorporaties of van particuliere eigenaren.
Conclusie
Om de woningvoorraad geschikt te maken voor energietransitie is er een transitie van gebouwen en installaties nodig. Het beperken van warmteverlies tot een maximaal niveau is bijna altijd noodzakelijk om een rendabele verandering van verwarmingsinstallatie mogelijk te maken. Dit is de stap van de energietransitie die de bewoners het meest gaat raken (kostbare aanpassingen aan de woning).
Een overzicht van alle 3 stappen vindt u hier. De keuzes die bij de andere stappen worden gemaakt, zijn van invloed op transitie van gebouwinstallaties.
Het beperken van warmteverlies is altijd zinvol.